EXTERNE VERSLAGGEVING VOOR HET MKB: LUST OF LAST?

PROFEDA NIEUWS

VOLG HET LAATSTE NIEUWS OVER PROFEDA

EXTERNE VERSLAGGEVING VOOR HET MKB: LUST OF LAST?

Elke rechtspersoon, zoals een BV of een NV, is wettelijk verplicht de jaarrekening op te maken en te deponeren bij het Handelsregister, dat wordt gehouden door de Kamer van Koophandel. Door de deponeringsplicht kan iedereen kennisnemen van de vermogenspositie en van het resultaat van de rechtspersoon.

Aandeelhouders in een rechtspersoon zijn beperkt aansprakelijk voor de schulden van de rechtspersoon. Dat betekent dat zij ten hoogste aansprakelijk zijn voor hun aandeel in de rechtspersoon als de rechtspersoon failliet gaat. Blijven er na de afwikkeling van het faillissement nog schulden over, dan kunnen de oorspronkelijke schuldeisers van de rechtspersoon die nergens verhalen; zij leiden dan het verlies. Aandeelhouders zijn dus niet met hun privévermogen aansprakelijk voor de schulden van de rechtspersoon. Het grootste verlies voor de aandeelhouders is het totale verlies van de waarde van de aandelen.

Het is daarom begrijpelijk dat de wetgever belangstellenden bij de rechtspersoon, zoals kredietverschaffers, in staat stelt kennis te nemen van de vermogenspositie van de rechtspersoon. Zij kunnen zich dan een oordeel vormen over het risico dat is verbonden aan de kredietverschaffing. De grootste kredietverschaffer is gewoonlijk de bank, maar ook leveranciers kunnen hiertoe worden gerekend.

De conclusie van het bovenstaande is dat de lust van de beperkte aansprakelijkheid de last om een jaarrekening te publiceren met zich brengt. Dit is de juridische benadering van de externe verslaggeving.

Er is nog een tweede juridische reden om de jaarrekening op te stellen. De winst kan pas worden verdeeld nadat de jaarrekening is goedgekeurd door de algemene vergadering van aandeelhouders.

Maar, er is ook een economische benadering van de externe verslaggeving.

In de economische benadering staat het informeren van belangstellenden bij de rechtspersoon centraal. Belangstellenden bij de rechtspersoon hebben behoefte aan informatie over het vermogen en resultaat om weloverwogen economische beslissingen te kunnen nemen. De bank heeft behoefte aan informatie omtrent het vermogen en resultaat van de onderneming voordat zij het krediet toekent en om de kredietvoorwaarden vast te stellen. De kredietvoorwaarden omvatten in ieder geval de looptijd, het rentepercentage en de maximale kredietsom. Hoe beter de bank is geïnformeerd omtrent de financiële positie van de rechtspersoon hoe beter zij de kredietvoorwaarden aan de specifieke situatie kan aanpassen. Als de bank goed geïnformeerd is loopt zij een lager risico waardoor zij een lagere rente zal eisen. De jaarrekening heeft dus een belangrijke functie bij het aantrekken van vreemd vermogen.

Behalve de bank zijn er nog andere economische belangstellenden bij de rechtspersoon. Ik denk hierbij aan een partij die alle of een deel van de aandelen wil overnemen of bij een uitbreiding van het aandelenkapitaal. Een overzicht van de financiële positie en de resultaten van de laatste jaren zal naast het strategische ondernemingsplan en de begroting een belangrijke informatiebron zijn voor de geïnteresseerde partij. De jaarrekeningen van de afgelopen periodes dienen als uitgangspunt voor de onderhandelingen, waardoor de prijsvorming wordt geoptimaliseerd. De jaarrekening heeft dus ook een functie bij het aantrekken van eigen vermogen.

De jaarrekening kan ook een functie hebben voor de bestuurders van de rechtspersoon. Het sluitstuk van het ondernemingsplan is gewoonlijk de geprognotiseerde jaarrekening. Door de prognoses te vergelijken met de werkelijkheid en de verschillen te analyseren krijgt de bestuurder inzicht in de effectiviteit en efficiency van de bedrijfsvoering, waardoor hij meer grip krijgt op de onderneming. Als de jaarrekening is opgesteld, is dat ook een goed moment om met de financiële adviseurs de resultaten van het afgelopen jaar te bespreken en de plannen voor de komende periode te maken of bij te stellen. In deze context heeft de jaarrekening een functie voor het besturen en beheersen van de bedrijfsprocessen.

Als ik de economische lusten van het opstellen van de jaarrekening samenvat dan vervult de jaarrekening een belangrijke rol bij het aantrekken van eigen en vreemd vermogen en ook bij het besturen en de beheersen van de bedrijfsprocessen. Ondernemingen die een beroep doen op vermogensverschaffers van buiten de onderneming hebben dus een intrinsieke motivatie om de jaarrekening te publiceren.

Mogelijk kan het opstellen van de jaarrekening nuttig zijn bij het opstellen van de fiscale aangifte. Maar omdat de bedrijfseconomische jaarrekening en de fiscale aangifte op andere grondslagen zijn gebaseerd en een ander doel dienen, ga ik hierop verder niet in.

Aan het opstellen van een jaarrekening zijn natuurlijk niet alleen economische lusten, maar ook economische lasten verbonden.

De eerste economische last zijn de directe kosten van de tijd en energie van de financieel verantwoordelijke bestuurder en van de eventueel ingeschakelde externe deskundige, zoals de administrateur of accountant. Als tweede kostenpost kan het concurrentiemotief worden genoemd. De jaarrekening die bij de Kamer van Koophandel is gedeponeerd is toegankelijk voor iedereen, dus ook voor concurrenten. Omdat een gepubliceerde jaarrekening geen detailinformatie bevat is het concurrentiemotief waarschijnlijk geen grote last.

Voor sommige ondernemingen is de plicht om een jaarrekening te publiceren zodanig afschrikwekkend dat zij voor een ondernemingsstructuur kiezen waardoor er niet of weinig behoeft te worden gepubliceerd. Het traditionele voorbeeld hiervan is C&A-Nederland waarvan de juridische vorm een commanditaire vennootschap is. Omdat een commanditaire vennootschap geen rechtspersoonlijkheid bezit, behoeft die geen jaarrekening te publiceren. De deelnemers in de commanditaire vennootschap zijn daardoor met hun privévermogen aansprakelijk voor de schulden van de onderneming. Blijkbaar geldt voor C&A-Nederland dat de eerdergenoemde lusten niet opwegen tegen de lasten.

De wetgever realiseert zich dat kring van belanghebbenden en het economisch belang van het midden- en kleinbedrijf geringer is dan dat van de beursgenoteerde, internationaal opererende ondernemingen. Daarom bestaan er voor micro, kleine en middelgrote ondernemingen vrijstellingen voor de publicatieplicht. De wetstechnische voorwaarden van de grootte-indeling zijn nogal complex en blijven hier buiten beschouwing.

Voor een micro-onderneming geldt dat zij een beperkte balans en winst- en verliesrekening moet publiceren. De balans bestaat uit ten minste vijf posten: enerzijds de vaste en vlottende activa en anderzijds het eigen vermogen, de voorzieningen en de schulden. De winst- en verliesrekening bestaat in ieder geval uit de posten: netto-omzet, overige bedrijfsopbrengsten, lonen, kosten van grond- en hulpstoffen, afschrijvingen en waardeverminderingen, overige bedrijfskosten, belastingen en resultaat na belastingen. Een toelichting bij de balans en winst- en verliesrekening behoeft niet te worden verstrekt. Micro-ondernemingen behoeven geen bestuursverslag te publiceren.

Afrondend is mijn antwoord op de vraag of de jaarrekening voor het mkb een lust of een last is, dat het een lust is.

De grootste lust voor aandeelhouders in mkb-ondernemingen is de beperkte aansprakelijkheid waaraan de publicatieplicht onlosmakelijk is verbonden. Voor kleine ondernemingen zijn er voldoende vrijstellingen. Mocht een bestuurder alles afwegende tot de conclusie komen dat hij de last van de publicatieplicht te zwaar vindt, dan zal hij een ondernemingsvorm moeten kiezen waar geen publicatieplicht aan is verbonden en dient hij de volledige aansprakelijkheid voor de ondernemingsverplichtingen te aanvaarden.

Gerelateerde artikelen

WP-Backgrounds Lite by InoPlugs Web Design and Juwelier Schönmann 1010 Wien